Corporate Governance Verklaring

Raad van Bestuur en Uitvoerend Management

In uitvoering van de oorspronkelijke, in 2004 gepubliceerde, Belgische Corporate Governance Code heeft de Raad van Bestuur op 16 december 2005 het Bekaert Corporate Governance Charter goedgekeurd. 

Ingevolge de publicatie van de Belgische Corporate Governance Code 2009 heeft de Raad van Bestuur op 22 december 2009 besloten de Code 2009 als referentiecode voor Bekaert te hanteren en het Bekaert Corporate Governance Charter aan te passen. Het Bekaert Corporate Governance Charter werd verder aangepast door de Raad van Bestuur op 13 november 2014 en op 28 juli 2016 (het "Bekaert Charter").

Bekaert leeft in beginsel de Belgische Corporate Governance Code na, en legt in het Bekaert Charter en in deze Corporate Governance verklaring uit waarom ze afwijkt van enkele bepalingen ervan.

De Belgische Corporate Governance Code is beschikbaar
op www.corporategovernancecommittee.be.

Het Bekaert Corporate Governance Charter is beschikbaar op www.bekaert.com.
 

Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur bestaat momenteel uit vijftien leden, die door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders benoemd worden. Acht bestuurders zijn benoemd op voordracht van de hoofdaandeelhouder. De functies van Voorzitter en van Gedelegeerd Bestuurder worden nooit door dezelfde persoon uitgeoefend. De Gedelegeerd Bestuurder is het enig lid van de Raad met een uitvoerende functie. Alle andere leden zijn niet-uitvoerende bestuurders.

Vijf bestuurders zijn onafhankelijk op grond van de criteria van artikel 526ter van het Wetboek van vennootschappen en van bepaling 2.3 van de Belgische Corporate Governance Code: Celia Baxter (voor het eerst benoemd in 2016), Alan Begg (voor het eerst benoemd in 2008), Pamela Knapp (voor het eerst benoemd in 2016), Martina Merz (voor het eerst benoemd in 2016) en Mei Ye (voor het eerst benoemd in 2014).

De Raad van Bestuur heeft in 2017 zes gewone vergaderingen gehouden. Naast de uitoefening van zijn bevoegdheden uit hoofde van de wet, de statuten en het Bekaert Charter, behandelde de Raad van Bestuur in 2017 onder meer de volgende onderwerpen:
  • strategische projecten;
  • het strategisch plan voor de periode 2018-2022;
  • het businessplan voor 2018;
  • de successieplanning op het niveau van de Raad van Bestuur en het Uitvoerend Management;
  • de remuneratie en langetermijnincentives voor de Gedelegeerd Bestuurder en de andere leden van het Uitvoerend Management;
  • het wereldwijd onderzoek naar de werknemersbetrokkenheid in 2017;
  • governance, risk en compliance;
  • de inkoop van eigen aandelen;
  • de evaluatie van de Raad van Bestuur;
  • de voortdurende opvolging van de schuld- en liquiditeitspositie van de Groep.
Naam Aanvang eerste mandaat Einde huidig
mandaat
als bestuurder
Hoofdfunctie (*) Aantal bijgewoonde
gewone/buitengewone
vergaderingen
Voorzitter
Bert De Graeve(1) 2006 2019 NV Bekaert SA 6
Gedelegeerd Bestuurder
Matthew Taylor 2014 2018 NV Bekaert SA 6
Leden voorgedragen door de hoofdaandeelhouder
Leon Bekaert 1994 2019 Bestuurder van vennootschappen 6
Grégory Dalle
2015 2019 Gedelegeerd Bestuurder, Credit Suisse International, Investment Banking and Capital Markets 6
Charles de Liedekerke 1997 2019 Bestuurder van vennootschappen 6
Christophe Jacobs van Merlen 2016 2020 Gedelegeerd Bestuurder, Bain Capital Private Equity (Europe), LLP (VK) 5
Hubert Jacobs van Merlen 2003 2019 Bestuurder van vennootschappen 5
Maxime Jadot 1994 2019 Gedelegeerd Bestuurder en Voorzitter van het Directiecomité, BNP Paribas Fortis (België) 6
Emilie van de Walle de Ghelcke 2016 2020 Jurist Sofina (België) 6
Henri Jean Velge 2016 2020 Bestuurder van vennootschappen 6
Onafhankelijke bestuurders
Celia Baxter 2016 2020 Bestuurder van vennootschappen 6
Alan Begg 2008 2018 Bestuurder van vennootschappen 6
Pamela Knapp
2016 2020 Bestuurder van vennootschappen 6
Martina Merz
2016 2020 Bestuurder van vennootschappen
6
Mei Ye 2014 2018 Onafhankelijk bestuurder en adviseur van vennootschappen 6
(1) Bert De Graeve werd voor het eerst benoemd als lid van de Raad van Bestuur in 2006. In 2014 werd hij Voorzitter van de Raad van Bestuur.
(*) Het curriculum vitae van de leden van de Raad van Bestuur is terug te vinden op www.bekaert.com.

Comités van de Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur heeft drie adviserende comités opgericht.

Audit en Finance Comité

De samenstelling van het Audit en Finance Comité is conform artikel 526bis §2 van het Wetboek van vennootschappen: zijn vier leden zijn niet-uitvoerende bestuurders, en één lid, mevrouw Pamela Knapp, is onafhankelijk. De ervaring van mevrouw Knapp in boekhouding en audit blijkt uit haar vroegere posities als Chief Financial Officer van de afdeling Power Transmission and Distribution bij Siemens (van 2004 tot 2009) en Chief Financial Officer van GfK SA (van 2009 tot 2014). De leden van het Comité beschikken over een collectieve deskundigheid op het gebied van de activiteiten van de vennootschap. Het Comité wordt voorgezeten door de heer Hubert Jacobs van Merlen.

In afwijking op bepaling 5.2/4 van de Belgische Corporate Governance Code, volgens dewelke op zijn minst een meerderheid van de leden onafhankelijk moet zijn, is Bekaert van oordeel dat het Audit en Finance Comité de evenwichtige samenstelling van de voltallige Raad moet weerspiegelen.

De Gedelegeerd Bestuurder en de Chief Financial Officer zijn geen lid van het Comité, maar worden tot zijn vergaderingen uitgenodigd. Deze regeling waarborgt de  noodzakelijke interactie tussen Raad van Bestuur en het Uitvoerend Management.
 
Naam Einde huidig Mandaat als bestuurder Aantal bijgewoonde
gewone/buitengewone
vergaderingen
Hubert Jacobs van Merlen 2019 4
Bert De Graeve 2019 4
Pamela Knapp
2020 4
Christophe Jacobs van Merlen 2020 4

Het Comité heeft in 2017 vier gewone vergaderingen gehouden. Naast de uitoefening van zijn bevoegdheden uit hoofde van de wet en van het Bekaert Charter behandelde het Comité voornamelijk de volgende onderwerpen:
  • de financieringsstructuur van de Groep;
  • de schuld- en liquiditeitspositie;
  • de activiteitenverslagen van het interne audit departement;
  • de verslagen van de commissaris;
  • governance, risk en compliance en de bespreking van de voornaamste risico’s en van de desbetreffende risicobeheersingsplannen uit hoofde van het "enterprise risk management" programma van Bekaert.

Benoemings- en Remuneratiecomité

De samenstelling van het Benoemings- en Remuneratiecomité is conform artikel 526quater §2 van het Wetboek van vennootschappen: zijn drie leden zijn niet-uitvoerende bestuurders, het wordt voorgezeten door de Voorzitter van de Raad van Bestuur, en zijn twee overige leden, mevrouw Celia Baxter en de heer Alan Begg, zijn onafhankelijk. De deskundigheid van het Comité op het gebied van remuneratiebeleid blijkt uit de relevante ervaring van zijn leden.

Naam Einde huidig Mandaat als bestuurder Aantal
bijgewoonde
vergaderingen
Bert De Graeve 2019 3
Celia Baxter 2020 3
Alan Begg
2018 3

Eén van de door de hoofdaandeelhouder voorgedragen bestuurders en de Gedelegeerd Bestuurder worden tot de vergaderingen van het Comité uitgenodigd zonder er lid van te zijn.

Het Comité vergaderde in 2017 driemaal. Naast de uitoefening van zijn bevoegdheden uit hoofde van de wet en van het Bekaert Charter behandelde het Comité voornamelijk de volgende onderwerpen:
  • de rekrutering van de nieuwe Chief Human Resources Officer;
  • de opvolgingsplanning op het niveau van het topmanagement;
  • de variabele vergoeding van de Gedelegeerd Bestuurder en de overige leden van het Uitvoerend Management voor 2016;
  • het basissalaris van de Gedelegeerd Bestuurder en de overige leden van het Uitvoerend Management voor 2017;
  • de prestatiedoelen voor 2017;
  • de toekenning van langetermijnincentives.


Strategisch Comité

Het Strategisch Comité telt zes leden, waarvan er vijf niet-uitvoerende bestuurders zijn. Het wordt voorgezeten door de Voorzitter van de Raad van Bestuur, en bestaat voorts uit de Gedelegeerd Bestuurder en vier bestuurders. 

Naam Einde huidig Mandaat als bestuurder
 
Aantal
bijgewoonde
vergaderingen
Bert De Graeve 2019 3
Leon Bekaert 2019 3
Charles de Liedekerke
2019 3
Maxime Jadot 2019 3
Martina Merz 2020 3
Matthew Taylor
2018  3

Het Comité vergaderde in 2017 driemaal. Het besprak de strategie van Bekaert alsmede diverse strategische projecten.

Evaluatie

De voornaamste kenmerken van de werkwijze voor het evalueren van de Raad van Bestuur, zijn Comités en de individuele bestuurders zijn beschreven in dit hoofdstuk en in paragraaf II.3.4 van het Bekaert Charter. De Voorzitter is belast met de organisatie van periodieke prestatiebeoordelingen door middel van een uitgebreide vragenlijst die betrekking heeft op:
  • de werking van de Raad of van het Comité;
  • de grondige voorbereiding en bespreking van belangrijke onderwerpen;
  • de individuele bijdrage van elke bestuurder;
  • de huidige samenstelling van de Raad of het Comité, vergeleken met zijn gewenste samenstelling;
  • de interactie van de Raad met het Uitvoerend Management.

In 2017 organiseerde de Voorzitter een prestatiebeoordeling van de werking van de Raad van Bestuur.

Diversiteit

Sedert de Gewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 11 mei 2016 voldoet de vennootschap aan de wettelijke vereiste dat ten minste één derde van de leden van de Raad van Bestuur van een ander geslacht is dan dat van de overige leden.

Bekaert werkt aan een aanwervings- en promotiebeleid dat erop gericht is de diversiteit, inclusief genderdiversiteit, geleidelijk aan te vergroten. Meer informatie is beschikbaar in het duurzaamheidsrapport van de Bekaert Groep.

Uitvoerend Management

Het Bekaert Group Executive (BGE) draagt de collectieve verantwoordelijkheid voor het bereiken van de langetermijn- en kortetermijndoelstellingen van de Groep. Het wordt voorgezeten door de Gedelegeerd Bestuurder en heeft de volgende evenwichtige samenstelling:
  • leden die de globale businessplatformen vertegenwoordigen, met verantwoordelijkheid voor klanten en strategie en voor het bereiken van de langetermijnmarge- en groeidoelstellingen van hun platformen;
  • leden die de regionale operaties vertegenwoordigen, met verantwoordelijkheid voor het uitvoeren en bereiken van de jaarlijkse doelstellingen in hun regio’s; en
  • leden die de globale functies vertegenwoordigen, met verantwoordelijkheid voor functionele uitmuntendheid en voor compliance in hun functiegebieden.

Op 1 september 2017 werd mevrouw Rajita D’Souza Chief Human Resources Officer en lid van het BGE.
De heer Jun Liao werd lid van het BGE op 1 maart 2018 en neemt de verantwoordelijkheid op voor de regio Noord-Azië.

Sedert 1 maart 2018 bestaat het BGE uit de volgende leden:
Naam Functie  Benoemd
Matthew Taylor Gedelegeerd Bestuurder  2013
Rajita D’Souza
Chief Human Resources Officer
2017
Beatríz García-Cos
Chief Financial Officer
2016
Lieven Larmuseau Algemeen Directeur Business Platformen Rubberversterking 2014
Jun Liao
Algemeen Directeur Noord-Azië
2018
Curd Vandekerckhove
Algemeen Directeur Globale Operaties
2012
Geert Van Haver
Chief Technology and Engineering Officer
2014
Stijn Vanneste
Algemeen Directeur Europa, Zuid-Azië en Zuidoost-Azië
2016
Piet Van Riet
Algemeen Directeur Business Platformen Industriële Producten en Gespecialiseerde Producten en Marketing & Commercial Excellence
2014
Frank Vromant
Algemeen Directeur Noord-Amerika en Latijns-Amerika
2011

Regels van behoorlijk gedrag

Wettelijke belangenconflicten in de Raad van Bestuur

Volgens artikel 523 van het Wetboek van vennootschappen moet een lid van de Raad van Bestuur de overige leden vooraf informeren over agendapunten waaromtrent het rechtstreeks of onrechtstreeks een met de vennootschap strijdig belang van vermogensrechtelijke aard heeft en moet het zich onthouden van deelname aan de beraadslaging en de stemming daarover. Een dergelijk belangenconflict kwam in 2017 tweemaal voor, waarbij telkens de bepalingen van artikel 523 nageleefd werden.

Op 28 februari 2017 moest de Raad van Bestuur zich uitspreken over de vergoeding van de Gedelegeerd Bestuurder (o.a. over de voorgestelde korte termijn variabele vergoeding van € 636 694 uit hoofde van zijn prestatie in 2016 en de voorgestelde middellange termijn variabele vergoeding van € 181 913 uit hoofde van zijn prestatie tijdens de periode 2014-2016).
Uittreksel uit de notulen:

BESLUIT
Op aanbeveling van het Benoemings- en Remuneratiecomité:
  • keurt de Raad de voorgestelde korte termijn variabele vergoeding goed van de Gedelegeerd Bestuurder uit hoofde van zijn prestatie in 2016;
  • keurt de Raad de voorgestelde verhoging van het basissalaris van de Gedelegeerd Bestuurder goed met ingang op 1 juli 2017;
  • keurt de Raad de voorgestelde uitzonderlijke toekenning van 10 000 performance share units aan de Gedelegeerd Bestuurder goed en het desbetreffende prestatiedoel, overeenkomstig het Performance Share Plan NV Bekaert SA 2015-2017;
  • besluit de Raad dit jaar af te zien van het contractueel afgesproken uitstel van één derde van de jaarlijkse variabele vergoeding van de Gedelegeerd Bestuurder.
BESLUIT
Op aanbeveling van het Benoemings- en Remuneratiecomité keurt de Raad de middellange termijn variabele vergoeding goed uit hoofde van de prestatie tijdens de periode 2014-2016.

BESLUIT
Op aanbeveling van het Benoemings- en Remuneratiecomité keurt de Raad de doelstellingen goed voor de korte termijn variabele vergoeding voor de Gedelegeerd Bestuurder voor 2017.

Op 18 december 2017 moest de Raad van Bestuur zich uitspreken over het aantal aandelenopties dat zou aangeboden worden aan de Gedelegeerd Bestuurder onder het SOP2015-2017 aandelenoptieplan, alsook over de prestatiedoelstellingen met betrekking tot de performance share units die zouden worden toegekend in december 2017 onder het Performance Share Plan 2015-2017. De Raad besprak ook het toekomstige lange termijn motiveringsplan voor de periode 2018-2020. Uittreksel uit de notulen:

BESLUIT
Op aanbeveling van het Benoemings- en Remuneratiecomité keurt de Raad het aanbod aan de Gedelegeerd Bestuurder goed van 20 000 opties onder het SOP2015-2017 aandelenoptieplan.

BESLUIT
Op aanbeveling van het Benoemings- en Remuneratiecomité keurt de Raad de voorgestelde prestatiedoelen goed voor de performance share units die in december 2017 zullen worden toegekend.

BESLUIT
Op aanbeveling van het Benoemings- en Remuneratiecomité keurt de Raad het voorstel goed om het huidige lange termijn motiveringsplan (zijnde combinatie van aandelenoptieplan en performance share plan) te herhalen voor een periode van drie jaar (2018-2020).

Andere transacties met bestuurders en Uitvoerend Management

Het Bekaert Charter bevat gedragsregels met betrekking tot rechtstreekse en onrechtstreekse belangenconflicten van de leden van de Raad van Bestuur en van het BGE die buiten de werkingssfeer van artikel 523 van het Wetboek van vennootschappen vallen. Deze leden worden geacht met Bekaert verbonden partijen te zijn, en moeten jaarlijks melding maken van rechtstreekse of onrechtstreekse transacties met Bekaert of haar dochterondernemingen. Bekaert is niet op de hoogte van enig potentieel belangenconflict betreffende dergelijke transacties in 2017 (cfr. Toelichting 7.5 bij de geconsolideerde jaarrekening).

Marktmisbruik

Conform bepaling 3.7 van de Belgische Corporate Governance Code heeft de Raad van Bestuur op 27 juli 2006 de Bekaert Dealing Code uitgevaardigd. Naar aanleiding van de Europese Verordening Marktmisbruik, heeft de Raad van Bestuur op 28 juli 2016 een nieuwe versie van de Bekaert Dealing Code goedgekeurd, met inwerkingtreding op 3 juli 2016. De Bekaert Dealing Code is integraal opgenomen in het Bekaert Charter als Appendix 4. De Bekaert Dealing Code legt de leden van de Raad van Bestuur, het BGE, het senior management en bepaalde andere personen beperkingen op inzake transacties in Bekaert financiële instrumenten tijdens gesloten periodes en sperperiodes. De Code bevat ook regels aangaande de openbaarmaking van uitgevoerde transacties door de leidinggevenden en hun nauw verbonden personen middels een melding aan de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA). De Algemeen Secretaris is de Dealing Code Officer voor de Bekaert Dealing Code

1. Beschrijving van de in 2017 gehanteerde procedure om (i) een remuneratiebeleid te ontwikkelen voor de niet-uitvoerende bestuurders en het Uitvoerend Management, en (ii) de remuneratie te bepalen van de individuele bestuurders en uitvoerende managers

Het remuneratiebeleid voor niet-uitvoerende bestuurders wordt bepaald door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op aanbeveling van de Raad van Bestuur, die handelt op basis van voorstellen van het Benoemings- en Remuneratiecomité. Het beleid werd goedgekeurd door de Gewone Algemene Vergadering van 10 mei 2006, en gewijzigd door de Gewone Algemene Vergaderingen van 11 mei 2011 en van 14 mei 2014.

Het remuneratiebeleid voor de Gedelegeerd Bestuurder wordt bepaald door de Raad van Bestuur, die handelt op basis van voorstellen van het Benoemings- en Remuneratiecomité. De Gedelegeerd Bestuurder neemt aan deze procedure niet deel. Het Comité verzekert de conformiteit met het remuneratiebeleid van het contract van de Gedelegeerd Bestuurder met de vennootschap. Een kopie van het contract van de Gedelegeerd Bestuurder is op verzoek van een bestuurder bij de Voorzitter beschikbaar.

Het remuneratiebeleid voor de andere leden van het BGE dan de Gedelegeerd Bestuurder wordt bepaald door de Raad van Bestuur, die handelt op basis van voorstellen van het Benoemings- en Remuneratiecomité. De Gedelegeerd Bestuurder heeft een adviserende rol in deze procedure.

Het Comité verzekert de conformiteit met het remuneratiebeleid van het contract van elk BGE-lid met de vennootschap. Een kopie van elk contract is op verzoek van een bestuurder bij de Voorzitter beschikbaar.

2. Verklaring over het in 2017 gehanteerde remuneratiebeleid voor de niet-uitvoerende bestuurders en de uitvoerende managers

Niet-uitvoerende bestuurders

De remuneratie van de niet-uitvoerende bestuurders wordt bepaald op basis van zes gewone vergaderingen van de voltallige Raad van Bestuur per jaar. Een gedeelte van de remuneratie wordt betaald in functie van het aantal gewone vergaderingen dat de niet-uitvoerende bestuurder persoonlijk bijwoont.

Niet-uitvoerende bestuurders die lid zijn van een Comité van de Raad van Bestuur ontvangen een vergoeding voor elke Comité-vergadering die ze persoonlijk bijwonen. In zijn hoedanigheid van uitvoerend bestuurder ontvangt de Gedelegeerd Bestuurder die vergoeding niet.

Indien de Raad van Bestuur in een specifieke aangelegenheid de bijstand van een bestuurder verzoekt op grond van zijn/haar onafhankelijkheid en/of bekwaamheid, is die bestuurder, voor elke sessie die een specifieke verplaatsing en tijd vergt, gerechtigd op een vergoeding gelijk aan het toepasselijke variabele bedrag voor een persoonlijk bijgewoonde vergadering van een Comité van de Raad van Bestuur. 
Het concrete bedrag van de vergoeding van de bestuurders wordt door de Gewone Algemene Vergadering voor het lopende boekjaar bepaald.

De vergoeding van de bestuurders wordt regelmatig getoetst aan een geselecteerde korf relevante beursgenoteerde Belgische en internationale industriële referenties om te verzekeren dat personen kunnen worden aangetrokken met competenties die aan de internationale ambities van de Groep beantwoorden.

Niet-uitvoerende bestuurders hebben geen recht op prestatiegebonden remuneratie zoals bonussen, aandelengerelateerde incentiveprogramma’s op lange termijn, voordelen in natura of voordelen verbonden aan pensioenplannen, noch op enig ander type variabele remuneratie, met uitzondering van de vergoeding voor de persoonlijk bijgewoonde vergaderingen van de Raad van Bestuur of van een Comité.

Uitgaven die bestuurders redelijkerwijs in het kader van de uitoefening van hun taken doen, worden terugbetaald op voorlegging van genoegzame rechtvaardigingsstukken. Bestuurders worden geacht het uitgavenbeleid voor leden van de Raad van Bestuur in acht te nemen bij het doen van uitgaven.

De remuneratie van de Voorzitter van de Raad van Bestuur wordt bij de aanvang van zijn opdracht bepaald, en wel voor de duur van die opdracht. Op aanbeveling van het Benoemings- en Remuneratiecomité wordt de vergoeding bepaald door de Raad van Bestuur onder voorbehoud van goedkeuring door de Gewone Algemene Vergadering.
In zijn voorstel moet het Comité rekening houden met een duidelijke omschrijving van de taken van de Voorzitter, het professionele profiel dat werd aangetrokken, de tijd die voor de Groep daadwerkelijk  ter beschikking moet worden gesteld, en een gepaste remuneratie die aan de gestelde verwachtingen beantwoordt en die regelmatig wordt getoetst aan een geselecteerde korf relevante beursgenoteerde Belgische en internationale industriële referenties. De Voorzitter heeft geen recht op een bijkomende vergoeding voor het bijwonen of voorzitten van een vergadering van een Comité van de Raad van Bestuur, omdat dit in zijn totale remuneratiepakket begrepen is.

Uitvoerende managers

De belangrijkste elementen van het remuneratiebeleid van de Groep voor het Uitvoerend Management zijn een basissalaris, een korte termijn en een lange termijn variabele vergoeding, een pensioenbijdrage en diverse overige componenten.

De Groep biedt competitieve totale remuneratiepakketten aan met het doel het beste kader- en managementtalent aan te trekken en te behouden in elk deel van de wereld waar de Groep aanwezig is.

De remuneratie van de uitvoerende managers wordt regelmatig getoetst aan een geselecteerde korf relevante beursgenoteerde Belgische en internationale industriële referenties.

Een sterke focus op prestatie en realisaties op Groeps en individueel niveau wordt gereflecteerd in het korte termijn variabele vergoedingsprogramma, dat rechtstreeks gerelateerd is aan de jaarlijkse businessdoelstellingen. Het lange termijn variabele vergoedingsprogramma van de Groep moet managers en kaderleden belonen voor hun bijdrage tot de creatie van hogere aandeelhouderswaarde op termijn. Dit programma is typisch gerelateerd aan de prestatie van
de vennootschap op langere termijn en met de toekomstige waardevermeerdering van de aandelen van de vennootschap.
Het remuneratiepakket van de Gedelegeerd Bestuurder bestaat uit een basissalaris, een korte termijn en een lange termijn variabele vergoeding, een pensioenbijdrage en diverse overige componenten. Het remuneratiepakket moet competitief zijn en op maat van de verantwoordelijkheden van een Gedelegeerd Bestuurder die aan het hoofd staat van een wereldwijd actieve industriële groep met diverse businessplatformen.

Het Benoemings- en Remuneratiecomité beveelt ieder jaar een aantal doelstellingen aan die rechtstreeks van het businessplan zijn afgeleid en die gebaseerd zijn op overige aan de Gedelegeerd Bestuurder toe te vertrouwen prioriteiten. Die doelstellingen bevatten zowel Groeps- als individuele financiële en niet-financiële doelen, en worden over een vooraf bepaalde periode gemeten (tot drie jaren ver). Die doelstellingen, alsmede de eindejaarsbeoordeling van de realisaties, worden door het Benoemings- en Remuneratiecomité gedocumenteerd en aan de voltallige Raad van Bestuur voorgelegd. De eindbeoordeling leidt tot een waardering door de Raad van Bestuur, gebaseerd op gemeten resultaten, van alle prestatiegebonden elementen uit het remuneratiepakket van de Gedelegeerd Bestuurder.

Het remuneratiepakket van de andere uitvoerende managers dan de Gedelegeerd Bestuurder bestaat uit een basissalaris, een korte termijn en een lange termijn variabele vergoeding, een pensioenbijdrage en diverse overige componenten. Het remuneratiepakket moet competitief zijn en op maat van de rol en de verantwoordelijkheden van elke uitvoerende manager, die tot het BGE behoort dat leiding geeft aan een wereldwijd actieve industriële groep met diverse businessplatformen.

De Gedelegeerd Bestuurder evalueert de prestatie van ieder ander lid van het BGE, en legt zijn prestatiewaardering voor aan het Benoemings- en Remuneratiecomité. Die evaluatie gebeurt jaarlijks op basis van gedocumenteerde doelstellingen die rechtstreeks van het businessplan zijn afgeleid en die rekening houden met de specifieke verantwoordelijkheden van elk lid van het BGE.

De realisaties die op basis van die doelstellingen gemeten worden, bepalen alle prestatiegebonden elementen uit het remuneratiepakket van elk ander lid van het BGE dan de Gedelegeerd Bestuurder. De objectieven bevatten zowel Groeps- als individuele financiële en niet-financiële doelen, en worden over een vooraf bepaalde periode gemeten (tot drie jaren ver).

Het concrete bedrag van de vergoeding van de Gedelegeerd Bestuurder en de overige leden van het BGE wordt bepaald door de Raad van Bestuur op gemotiveerde aanbeveling van het Benoemings- en Remuneratiecomité. 

De lange termijn variabele vergoeding van de Gedelegeerd Bestuurder en de overige leden van het BGE bestaat uit het aanbod van een variabel aantal opties op aandelen volgens de regels van een aandelenoptieplan en de toekenning van een vast aantal performance share units volgens de regels van een performance share plan.

De Gedelegeerd Bestuurder en de overige leden van het BGE nemen deel aan het Personal Shareholding Requirement Plan, in het kader waarvan vereist wordt een persoonlijke participatie in aandelen van de vennootschap op te bouwen en aan te houden en waarbij de vennootschap de investering van het lid van het BGE in aandelen van de vennootschap in jaar x tegemoetkomt via een directe toekenning van eenzelfde aantal aandelen in de vennootschap aan het eind van jaar x + 2.

3. Remuneratie van de bestuurders met betrekking tot 2017

Het bedrag van de remuneratie en andere voordelen die rechtstreeks of onrechtstreeks aan de bestuurders werden toegekend door de vennootschap of haar dochtervennootschappen met betrekking tot 2017 wordt in de tabel hierna op individuele basis vermeld. 

De vergoeding van de Voorzitter voor de uitoefening van al zijn opdrachten in de vennootschap was een vast brutobedrag van € 250 000.

De vergoeding van elke bestuurder, behalve de Voorzitter, voor de uitoefening van zijn opdracht als lid van de Raad van Bestuur bestond uit een vast bedrag van € 42 000 en uit een variabel bedrag van € 4 200 voor elke persoonlijk bijgewoonde vergadering van de Raad van Bestuur (met een maximum van € 25 200 voor zes vergaderingen per jaar).

De vergoeding van de Voorzitter van het Audit en Finance Comité, voor de uitoefening van de opdracht als Voorzitter en als lid van het Comité, bestond uit een variabel bedrag van € 4 000 voor elke persoonlijk bijgewoonde vergadering van het Comité.

De vergoeding van elke bestuurder, behalve de Voorzitter en de Gedelegeerd Bestuurder, voor de uitoefening van zijn opdracht als lid van een Comité van de Raad van Bestuur bestond uit een variabel bedrag van € 3 000 voor elke persoonlijk bijgewoonde vergadering van het Comité.
 
in €  Vaste vergoeding Variabele aanwezigheidsvergoeding
Raad van Bestuur
 
Variabele aanwezigheidsvergoeding
Comités
Totaal
Voorzitter
Bert De Graeve 250 000     250 000
Bestuurders
Celia Baxter
42 000 25 200 9 000 76 200
Alan Begg 42 000 25 200 9 000 76 200
Leon Bekaert 42 000 25 200 9 000 76 200
Grégory Dalle 42 000 25 200 0 67 200
Charles de Liedekerke 42 000 25 200 9 000 76 200
Christophe Jacobs van Merlen
42 000 21 000 12 000 75 000
Hubert Jacobs van Merlen 42 000 25 200 16 000 83 200
Maxime Jadot 42 000 25 200 9 000 76 200
Pamela Knapp
42 000 25 200 12 000 79 200
Martina Merz
42 000 25 200 9 000 76 200
Matthew Taylor 42 000 25 200 0 67 200
Emilie van de Walle de Ghelcke
42 000 25 200 0 67 200
Henri Jean Velge
42 000 25 200 0 67 200
Mei Ye
42 000 25 200 0 67 200
Totaal vergoedingen bestuurders 1 280 600

4. Remuneratie van de Gedelegeerd Bestuurder met betrekking tot 2017 in zijn hoedanigheid van bestuurder

In zijn hoedanigheid van bestuurder heeft de Gedelegeerd Bestuurder recht op dezelfde remuneratie als de niet-uitvoerende bestuurders, behalve de vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen van Comités van de Raad van Bestuur, waarvoor hij geen vergoeding ontvangt (cfr. de bovenstaande tabel). De door de Gedelegeerd Bestuurder in zijn hoedanigheid van bestuurder ontvangen vergoeding is begrepen in zijn basissalaris dat in de tabel in punt 6 hierna is vermeld.

5. Prestatiegebonden remuneratie: criteria, periode en methode van prestatie-evaluatie 

Het remuneratiepakket van de Gedelegeerd Bestuurder en de overige leden van het BGE bevat volgende prestatiegebonden elementen:
  • Een korte termijn variabele vergoeding, met doelstellingen gerelateerd aan het jaarlijkse businessplan. De doelstellingen worden in het begin van het jaar bepaald door het Benoemings- en RemuneratiecomitĆ© en goedgekeurd door de Raad van Bestuur. Deze doelstellingen bestaan uit een gewogen gemiddelde van zowel Groeps- als individuele financiĆ«le en niet-financiĆ«le doelen die relevant zijn bij het evalueren van de jaarlijkse financiĆ«le prestatie van de Groep en de mate van realisatie van de overeengekomen strategische doelstellingen; ze worden jaarlijks beoordeeld door de Raad van Bestuur. EĆ©n derde van de jaarlijkse korte termijn variabele vergoeding van de Gedelegeerd Bestuurder wordt gespreid over een periode van vierentwintig maanden; er is geen uitstel voor de andere leden van het BGE. 
  • Een lange termijn variabele vergoeding, onder de vorm van:
    • het aanbod van een variabel aantal aandelenopties;
    • de toekenning van een vast aantal performance share units die definitief zullen verworven worden ('gevest') na afloop van een vestingperiode van drie jaar, onder voorwaarde van het bereiken van een vooropgesteld prestatiedoel.

De criteria om de prestaties te evalueren voor de korte termijn en de lange termijn variabele vergoeding zijn omzet, het bedrijfsresultaat (EBIT), werkkapitaal, groei van de aandelenprijs, niet-financiële doelstellingen, gecombineerd met specifieke geïndividualiseerde doelstellingen.
Tegen pari niveau, bedraagt de waarde van de elementen van de variabele vergoeding van de Gedelegeerd Bestuurder en de andere leden van het BGE meer dan 25% van hun totale vergoeding. Meer dan de helft van de totale betaling van deze variabele vergoeding is gebaseerd op criteria over een periode van minimum drie jaar.

6. Remuneratie van de Gedelegeerd Bestuurder met betrekking tot 2017

Het bedrag van de remuneratie en andere voordelen die rechtstreeks of onrechtstreeks door de vennootschap of haar dochtervennootschappen aan de Gedelegeerd Bestuurder werden toegekend voor zijn opdracht als Gedelegeerd Bestuurder met betrekking tot 2017 wordt hierna vermeld.

Matthew Taylor
Remuneratie(1) Opmerkingen 
Basissalaris € 779 145
Bevat Belgisch basissalaris en alle Belgische en buitenlandse bestuurdersvergoedingen (2)
Korte termijn variabele vergoeding € 477 521
Jaarlijkse variabele vergoeding, gebaseerd op prestatie in 2017
Middellange termijn variabele vergoeding € 95 504
Middellange termijn variabele vergoeding, gebaseerd op prestatie in 2015-2017
Lange termijn variabele vergoeding:
- toekenning van aandelenopties

- performance share units

30 000 opties

                          16 500 units

Aantal toegekende aandelenopties

Aantal toegekende performance share units 
Pensioen € 155 384
Toegezegde bijdrageregeling
Andere remuneratie-elementen € 53 353
Bevat bedrijfswagen en verzekeringen
(1) Met betrekking tot 2017. 
(2) Het basissalaris is inclusief de vergoeding door de Gedelegeerd Bestuurder ontvangen in zijn hoedanigheid van bestuurder.

7. Remuneratie van de overige leden van het Bekaert Group Executive met betrekking tot 2017

Het bedrag van de remuneratie en andere voordelen die rechtstreeks of onrechtstreeks aan de andere leden van het BGE dan de Gedelegeerd Bestuurder werden toegekend door de vennootschap of haar dochtervennootschappen met betrekking tot 2017 wordt hierna op globale basis vermeld.

  Remuneratie(1) Opmerkingen
Basissalaris € 2 848 250
Bevat Belgisch basissalaris en alle Belgische en buitenlandse bestuurdersvergoedingen
Korte termijn variabele vergoeding € 1 444 453
Jaarlijkse variabele vergoeding, gebaseerd op prestatie in 2017
Middellange termijn variabele vergoeding

€181 236

Middellange termijn variabele vergoeding, gebaseerd op prestatie in 2015-2017
Lange termijn variabele vergoeding:
- toekenning van aandelenopties

- Performance share units

90 500 opties

22 500 units

Aantal toegekende aandelenopties

Aantal toegekende performance share units
Pensioen € 480 602
Toegezegde bijdrage- en toegezegde pensioenregeling
Andere remuneratie-elementen € 128 954
Bevat bedrijfswagen en verzekeringen
(1) Met betrekking tot 2017

8. Aandelenopties en performance share units voor het Uitvoerend Management toegekend in 2017

Het aantal performance share units en het aantal aandelenopties dat in 2017 aan de Gedelegeerd Bestuurder en de overige leden van het BGE werd toegekend, en het aantal aandelenopties dat in 2017 door hen werd uitgeoefend of is vervallen, wordt op individuele basis in de onderstaande tabel vermeld.

De in 2017 aan de Gedelegeerd Bestuurder en de overige leden van het BGE toegekende aandelenopties zijn gebaseerd op het SOP2015-2017 aandelenoptieplan dat in 2015 door de Raad van Bestuur werd voorgesteld en door een Bijzondere Algemene Vergadering werd goedgekeurd. Het plan biedt opties tot verwerving van bestaande aandelen van de vennootschap aan. Er vindt één gewoon aanbod van opties plaats in december in elk van de jaren 2015 tot en met 2017, en de opties worden toegekend op de zestigste dag volgend op de dag van het aanbod (d.i. in februari van het jaar daarop).

Het aantal aan te bieden opties wordt ieder jaar door de Raad van Bestuur op aanbeveling van het Benoemings- en Remuneratiecomité bepaald. Het aantal aan elke individuele begunstigde aan te bieden opties is ten dele variabel, op basis van een beoordeling van de langetermijnbijdrage van de betrokken persoon tot het succes van de vennootschap.
De opties worden gratis aan de begunstigden aangeboden. Elke aanvaarde optie verleent de houder het recht op verwerving van één bestaand aandeel van de vennootschap tegen betaling van de uitoefenprijs, die definitief wordt bepaald ten tijde van het aanbod en die gelijk is aan het laagste van: (i) de gemiddelde slotkoers van de aandelen van de vennootschap op de beurs gedurende dertig dagen die de dag van het aanbod voorafgaan, of (ii) de laatste slotkoers die de dag van het aanbod voorafgaat. 

De uitoefenprijs van de in december 2016 aangeboden en in februari 2017 toegekende aandelenopties bedraagt € 39,426 per aandeel. 

Onder voorbehoud van de gesloten periodes en de sperperiodes voor de handel in aandelen en van het planreglement kunnen de opties uitgeoefend worden vanaf het begin van het vierde jaar na de datum van hun aanbod tot het einde van het tiende kalenderjaar na de datum van hun aanbod. 

De aandelenopties die in 2017 uitoefenbaar waren, zijn gebaseerd op de eerste vier toekenningen onder het SOP2010-2014 aandelenoptieplan en de plannen die het SOP2010-2014 aandelenoptieplan voorafgingen. De bepalingen van die plannen zijn gelijkaardig aan die van het SOP2015-2017 aandelenoptieplan, met dien verstande dat de aan werknemers toegekende opties onder de plannen voorafgaand aan het SOP2010-2014 aandelenoptieplan de vorm hadden van warrants die de houders het recht verlenen tot verwerving van nieuw uit te geven aandelen van de vennootschap, terwijl zelfstandige begunstigden recht hebben op verwerving van bestaande aandelen zoals in het SOP2010-2014 aandelenoptieplan.

De performance share units die in 2017 zijn toegekend aan de Gedelegeerd Bestuurder en aan de andere leden van het BGE zijn gebaseerd op het Performance Share Plan 2015-2017 dat in 2015 werd voorgesteld door de Raad van Bestuur en door een Bijzondere Algemene Vergadering werd goedgekeurd.

Het plan biedt rechten op eigen aandelen van de vennootschap aan aan de leden van het BGE, het senior management en een beperkt aantal kaderleden van de vennootschap en van enkele van haar  dochtervennootschappen (de rechten, "performance share units" en de aandelen, "performance shares"). Elke performance share unit geeft de begunstigde ervan het recht om één performance share te verwerven onder de voorwaarden van het Performance Share Plan 2015-2017. De performance share units zijn definitief verworven ('gevest') na afloop van een vestingperiode van drie jaar, onder voorwaarde van het bereiken van een vooropgesteld prestatiedoel.  Het prestatiedoel wordt jaarlijks vastgesteld door de Raad van Bestuur, in lijn met de strategie van de vennootschap. De precieze mate waarin de performance share units definitief verworven ('gevest') worden, is afhankelijk van het werkelijk prestatieniveau van het vestingcriterium, met geen enkele definitieve verwerving ('vesting') indien de werkelijke prestatie lager is dan de vastgelegde minimumdrempel. Bij het behalen van deze drempel, zal een minimum van 50% van de performance share units definitief verworven ('gevest') worden; de volledige verwezenlijking van het overeengekomen vestingcriterium zal leiden tot een 'par vesting' van 100% van de performance share units, terwijl er een maximale definitieve verwerving ('vesting') zal zijn van 300% van de performance share units indien de werkelijke prestaties gelijk zijn aan, of hoger zijn dan, een overeengekomen bovengrens. Tussen deze waarden zal de definitieve verwerving ('vesting') proportioneel zijn. Op het ogenblik van de definitieve verwerving ('vesting') ontvangt de begunstigde ook de waarde van de dividenden over de laatste drie jaar met betrekking tot zulk(e) (aantal) performance shares waarop de definitief verworven performance share units betrekking hebben. Er vindt één toekenning van performance share units plaats in elk van de jaren 2015 tot en met 2017, en het totaal aantal toe te kennen performance share units wordt ieder jaar door de Raad van Bestuur op aanbeveling van het Benoemings- en Remuneratiecomité bepaald. De performance shares worden gratis aan de begunstigden aangeboden.
 
Naam Aantal in 2017 toegekende performance share units Aantal in 2017 toegekende aandelenopties Aantal in 2017 uitgeoefende aandelenopties Aantal in 2017 vervallen aandelenopties
Matthew Taylor 16 500 30 000 20 000 -
Beatríz García-Cos
2 500 12 500 - -
Rajita D’Souza 5 000 - - -
Lieven Larmuseau
2 500 15 000 12 500 -
Geert Van Haver 2 500 9 500 23 500 -
Piet Van Riet 2 500 12 500 5 900 -
Curd Vandekerckhove
2 500 15 000
- -
Stijn Vanneste 2 500 12 500 2 700
Frank Vromant
2 500 13 500 12 000 -

9. Vertrekvergoedingen voor het Uitvoerend Management

Het Belgisch arbeidsrecht en de normale praktijk vormen de basis voor de vertrekregelingen met de uitvoerende managers, behalve met de Gedelegeerd Bestuurder, de Chief Financial Officer en de Chief Human Resources Officer, van wie de ten tijde van hun benoeming overeengekomen contractuele regelingen een opzeggingstermijn van twaalf maanden voorzien.

10. Vertrek van uitvoerende managers

Bart Wille, voormalig Chief Human Resources Officer, heeft op 31 juli 2017 het bedrijf verlaten. Op basis van zijn contract werd een opzeggingsregeling gebaseerd op een termijn van twaalf maanden overeengekomen.

11. Terugvorderingsrecht van de vennootschap

Er bestaan geen bepalingen die de vennootschap het recht verlenen een variabele remuneratie terug te vorderen die aan uitvoerende managers zou zijn toegekend op basis van onjuiste financiële gegevens.

Het Bekaert-aandeel in 2017

Onze benadering

Bekaert wil haar aandeelhouders transparante financiële informatie verschaffen. We streven een
continue communicatie na in open dialoog met onze aandeelhouders.

De geconsolideerde jaarrekening wordt opgemaakt conform de International Financial Reporting Standards (IFRS), die door de Europese Unie zijn goedgekeurd. Zowel particuliere als institutionele beleggers kunnen rekenen op ons voortdurend streven naar transparante verslaggeving, zowel op aandeelhoudersvergaderingen als tijdens bijeenkomsten met analisten.

Aandeelidentificatie

Het Bekaert aandeel noteert op NYSE Euronext Brussels als ISIN BE0974258874 (BEKB) en werd voor het eerst genoteerd in december 1972. De ICB-sectorcode is 2727 Diversified Industrials.

Koersverloop 

 
in € 2013 2014 2015 2016  2017
Koers op 31 december 25,720
26,345
28,385
38,485
36,445 
Hoogste koers 31,110
30,195
30,000
42,450
49,915 
Laagste koers 20,010
21,900
22,580
26,560
33,500 
Gemiddelde koers 24,926
27,155
26,124
37,065
42,052 
Dagelijks volume 126 923
82 813
120 991
123 268
121 686 
Dagelijkse omzet (in miljoen €) 3,1
2,1
3,1
4,5
5,0 
Jaarlijkse omzet (in miljoen €) 796
527
804
1 147
1 279 
Omloopsnelheid (% jaarlijks) 54
35
52
53
51 
Omloopsnelheid (% aangepaste free float) 90
59
86
88
86 
Free float (%) 59,9
55,7
56,7
59,2
59,6 

Verhandelde volumes

Het gemiddelde aantal dagelijks verhandelde aandelen was ongeveer 122 000 aandelen in 2017. Het volume piekte op 20 december, met 715 255 verhandelde aandelen.



Op 23 februari 2018 had Bekaert een marktkapitalisatie van € 2,3 miljard en een free float marktkapitalisatie van € 1,4 miljard. 
De free float was 59,56% en de free float band 60%.

Na een gevestigde waarde te zijn geweest van bij de start van de sterindex in 1991, werd Bekaert vanaf 19 maart 2018 uit de BEL20® gesloten. 

Bekaert, wereldmarkt- en technologisch leider in staaldraadtransformatie en deklaagtechnologieën, zal blijven waarde creëren voor haar klanten en aandeelhouders. Dat is onze focus. Onze groei en transformatie zullen ons in staat stellen om op middellange termijn een 10% onderliggende EBIT-marge te bereiken. Dat is onze vaste ambitie.

Naar aanleiding van de inwerkingtreding van de wet van 2 mei 2007 op de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen (de transparantiewet) heeft Bekaert, in haar statuten, aan de wettelijke quota van 5% en van elk veelvoud van 5% de statutaire quota van 3% en 7,5% toegevoegd. Een overzicht van de actuele kennisgevingen van deelnemingen van 3% of meer is te vinden in het hoofdstuk "Informatie met betrekking tot de moedervennootschap (deelnemingen in het kapitaal)".

De Stichting Administratiekantoor Bekaert (hoofdaandeelhouder) bezit 34,42% van de aandelen, terwijl de geïdentificeerde institutionele aandeelhouders 36,18% van de aandelen bezitten. De individuele beleggers vertegenwoordigen 11,80% terwijl Private Banking goed is voor 7,60%. De eigen aandelen vertegenwoordigen 6,02%. 3,98% is ongeïdentificeerd. 

Kapitaalstructuur

Per 31 december 2017 bedraagt het maatschappelijk kapitaal van de vennootschap € 177 690 000, vertegenwoordigd door 60 373 841 aandelen zonder vermelding van waarde. De aandelen zijn op naam of gedematerialiseerd.

Toegestaan kapitaal

De Raad van Bestuur werd gemachtigd door de Algemene Vergadering van 11 mei 2016 om het maatschappelijk kapitaal van de vennootschap in één of meerdere malen te verhogen met een totaal maximum bedrag van € 176 000 000 (exclusief enige uitgiftepremie). Deze bevoegdheid geldt voor een periode van vijf jaar na 20 juni 2016 en kan worden hernieuwd overeenkomstig de toepasselijke wettelijke bepalingen. Krachtens deze bevoegdheid kan de Raad van Bestuur onder andere een kapitaalverhoging doorvoeren in het kader van het toegestaan kapitaal door middel van de uitgifte van gewone aandelen, warrants of converteerbare obligaties, en mag ze het voorkeurrecht van de aandeelhouders van de vennootschap beperken of opheffen overeenkomstig en met toepassing van artikel 596 van het Wetboek van vennootschappen. Bovendien werd de Raad van Bestuur gemachtigd om, binnen een periode van drie jaar na 20  juni 2016, gebruik te maken van het toegestaan kapitaal na ontvangst door de vennootschap van een mededeling door de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) van een openbaar overnamebod op de effecten van de vennootschap.  

Converteerbare obligaties

De Raad van Bestuur heeft gebruik gemaakt van zijn bevoegdheden in het kader van het toegestaan kapitaal die werden verleend door beslissing van de Algemene Vergadering op 9 mei 2012 toen hij op 18 mei 2016 besloot om niet-gesubordineerde niet-gewaarborgde converteerbare obligaties uit te geven met vervaldag in juni 2021 voor een totaal bedrag van € 380 000 000 (de "2016 Converteerbare Obligaties"). Deze converteerbare obligaties dragen een zero-coupon en de conversieprijs bedraagt € 51,25 per aandeel.

In verband met de uitgifte van de 2016 Converteerbare obligaties, besloot de Raad van Bestuur om het voorkeurrecht van de bestaande aandeelhouders bepaald in de artikelen 596 en volgende van het Wetboek van vennootschappen op te heffen. De voorwaarden van de converteerbare obligaties laten de vennootschap toe om, bij conversie van de obligaties, nieuwe of bestaande aandelen te leveren of een bedrag in cash te betalen.

Teneinde de verwatering voor bestaande aandeelhouders bij conversie van de 2016 Converteerbare Obligaties te verzachten, heeft de Raad van Bestuur het voornemen om waar mogelijk het bedrag in hoofdsom van de converteerbare obligaties in cash terug te betalen en, indien de dan geldende aandeelprijs boven de conversieprijs ligt, het verschil in bestaande aandelen van de vennootschap te betalen. De conversie van de 2016 Converteerbare Obligaties zou dan geen verwateringseffect voor de bestaande aandeelhouders hebben.

Bovendien laten de voorwaarden van de 2016 Converteerbare Obligaties de vennootschap toe de obligaties in bepaalde omstandigheden terug te betalen tegen hun bedrag in hoofdsom samen met de opgelopen en niet-betaalde rente, bijvoorbeeld, op of na 30 juni 2019 als de aandelen van de vennootschap worden verhandeld tegen een hogere prijs dan 130% van de conversieprijs gedurende een bepaalde periode.

Aandelenoptieplannen, performance share plan en personal shareholding requirement plan

Het totale aantal uitstaande, in Bekaert aandelen converteerbare warrants onder het SOP2005-2009 aandelenoptieplan bedraagt 208 170. In totaal werden 26 316 warrants uitgeoefend in 2017 onder het SOP2005-2009 aandelenoptieplan.
Dit resulteerde in de uitgifte van 26 316 nieuwe aandelen van de vennootschap, een verhoging van het maatschappelijk kapitaal met € 78 000 en een verhoging van de uitgiftepremie met € 683 798.

Bovenop de 3 885 446 eigen aandelen die de vennootschap hield op 31 december 2016 kocht de vennootschap in de loop van 2017 in totaal 172 719 eigen aandelen terug. In 2017 werden in totaal 403 150 aandelenopties uitgeoefend onder het SOP2010-2014 aandelenoptieplan en daarvoor werden 403 150 eigen aandelen geleverd. 17 191 eigen aandelen werden verkocht aan leden van het Bekaert Group Executive in het kader van het Personal Shareholding Requirement Plan (aan een prijs gelijk aan de slotkoers op Euronext op de dag van de overdracht) en 1 511 eigen aandelen werden overgedragen aan een lid van het Bekaert Group Executive overeenkomstig het zogeheten “matching”-mechanisme. In 2017 werden geen eigen aandelen vernietigd. Bijgevolg hield de vennootschap 3 636 280 aandelen in portefeuille op 31 december 2017.

Een tweede toekenning van opties in het kader van het SOP2015-2017 aandelenoptieplan vond plaats op 13 februari 2017: er werden 273 325 opties toegekend. Elke optie zal kunnen worden omgezet in één bestaand aandeel van de vennootschap tegen een uitoefenprijs van € 39,43.

Een derde aanbod van 227 875 opties in het kader van het SOP2015-2017 aandelenoptieplan vond plaats op 21 december 2017. Hiervan werden 225 475 opties aanvaard en toegekend op 20 februari 2018. Elke optie zal kunnen worden omgezet in één bestaand aandeel van de vennootschap tegen een uitoefenprijs van € 34,60.

Een derde gewone toekenning van 55 250 performance share units in het kader van het Performance Share Plan 2015-2017 vond plaats op 21 december 2017. Bijkomend werden uitzonderlijk 10 000 performance share units toegekend aan de Gedelegeerd Bestuurder op 6  maart 2017 en 5 000 performance share units aan de Chief Human Resources Officer op 1 september 2017. Elke performance share unit geeft de begunstigde ervan het recht om één performance share te verwerven onder de voorwaarden van het Performance Share Plan 2015-2017.

De performance share units zullen definitief verworven worden ('gevest') na afloop van een vestingperiode van drie jaar, onder voorwaarde van het bereiken van een vooropgesteld prestatiedoel. De precieze mate waarin de performance share units definitief verworven ('gevest') worden, zal afhankelijk zijn van het werkelijk prestatieniveau van het vestingcriterium, met geen enkele definitieve verwerving ('vesting') indien de werkelijke prestatie lager is dan de vastgelegde minimumdrempel. Bij het behalen van deze drempel, zal een minimum van 50% van de performance share units definitief verworven ('gevest') worden; de volledige verwezenlijking van het overeengekomen vestingcriterium zal leiden tot een 'par vesting' van 100% van de performance share units, terwijl er een maximale definitieve verwerving ('vesting') zal zijn van 300% van de performance share units indien de werkelijke prestaties gelijk zijn aan, of hoger zijn dan, een overeengekomen bovengrens. Tussen deze waarden zal de definitieve verwerving ('vesting') proportioneel zijn.

Het SOP2015-2017 aandelenoptieplan en zijn voorgangers zijn conform de relevante bepalingen van de wet van 26 maart 1999 en de artikelen 520ter en 525, laatste lid, van het Wetboek van vennootschappen. Detailgegevens omtrent kapitaal, aandelen en aandelenoptieplannen zijn te vinden in het Financieel Overzicht (Toelichting 6.12 bij de geconsolideerde jaarrekening).

Bekaerts dividendbeleid

Per aandeel

in € 2013 2014 2015 2016  2017* 
Brutodividend 0,850
0,850
0,900
1,100  1,100 
Nettodividend** 0,638
0,638
0,657
0,770  0,770 
Couponnummer 5
6 7 8

* Dividend onderhevig aan goedkeuring door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders 2018.
** Onderheving aan de takswetgeving van toepassing. 


De Raad van Bestuur zal de op 9 mei 2018 te houden Gewone Algemene Vergadering voorstellen een brutodividend van € 1,10 per aandeel uit te keren.

Algemene Vergadering van Aandeelhouders

De Gewone Algemene Vergadering vond plaats op 10 mei 2017. Een Buitengewone Algemene Vergadering werd gehouden op 29 maart 2017. De besluiten van de vergaderingen zijn op www.bekaert.com terug te vinden.

Relevante elementen bij een openbaar overnamebod

Beperkingen van de overdracht van effecten

De statuten bevatten geen beperkingen inzake de overdraagbaarheid van de aandelen, behoudens ingeval van controlewijziging, voor dewelke conform artikel 11 van de statuten de voorafgaande goedkeuring van de Raad van Bestuur moet worden aangevraagd.

Voor het overige zijn de aandelen vrij overdraagbaar. De Raad van Bestuur is niet op de hoogte van enige wettelijke beperking op de overdracht van aandelen in hoofde van enige aandeelhouder.

Beperkingen van de uitoefening van het stemrecht

Elk aandeel geeft recht op één stem. De statuten bevatten geen beperkingen van het stemrecht en iedere aandeelhouder kan zijn stemrecht uitoefenen op voorwaarde dat hij geldig werd toegelaten tot de Algemene Vergadering en dat zijn rechten niet werden geschorst. De regels inzake de toelating tot de Algemene Vergadering zijn opgenomen in het Wetboek van vennootschappen en in artikelen 31 en 32 van de statuten. Krachtens artikel 10 kan de vennootschap de uitoefening schorsen van rechten verbonden aan effecten die toebehoren aan verscheidene eigenaars.

Niemand kan op de Algemene Vergadering aan een stemming deelnemen voor stemrechten die verbonden zijn aan effecten waarvan hij niet krachtens de wet tijdig kennis heeft gegeven.

De Raad van Bestuur is niet op de hoogte van enige andere wettelijke beperking inzake de uitoefening van het stemrecht.

Aandeelhoudersovereenkomsten

De Raad van Bestuur zijn geen aandeelhoudersovereenkomsten bekend welke aanleiding kunnen geven tot beperking van de overdracht van effecten of van de uitoefening van het stemrecht, met uitzondering van de overeenkomsten vermeld in de kennisgevingen die opgenomen zijn in het hoofdstuk "Informatie met betrekking tot de moedervennootschap (deelnemingen in het kapitaal)".

Benoeming en vervanging van bestuurders

De statuten (artikelen 15 en volgende) en het Bekaert Charter bevatten specifieke regels inzake de (her)benoeming, vorming en evaluatie van bestuurders. De bestuurders worden voor een maximale duur van vier jaar door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders benoemd, die hen ook te allen tijde kan ontslaan. Een besluit tot benoeming of ontslag behoeft de gewone meerderheid van de stemmen. De kandidaten voor de opdracht van bestuurder, die deze opdracht nog niet vervuld hebben in de vennootschap, moeten ten laatste twee maanden vóór de Gewone Algemene Vergadering de Raad van Bestuur op de hoogte brengen van hun kandidatuur.

Enkel wanneer een plaats van bestuurder vroegtijdig openvalt, kunnen de overblijvende bestuurders zelf een nieuwe bestuurder benoemen (coöpteren). In dat geval zal de eerstvolgende Algemene Vergadering de definitieve benoeming doen.

Het benoemingsproces van bestuurders wordt geleid door de Voorzitter van de Raad van Bestuur. Het Benoemings- en Remuneratiecomité doet een gemotiveerde aanbeveling aan de voltallige Raad, die op basis daarvan beslist welke kandidaten worden voorgedragen aan de Algemene Vergadering. Bestuurders zijn in de regel herbenoembaar voor een onbeperkt aantal termijnen, met dien verstande dat bestuurders ten tijde van hun initiële benoeming niet jonger mogen zijn dan 30 jaar en niet ouder dan 66 jaar, en dat een bestuurder ontslag moet nemen in het jaar waarin hij de leeftijd van 69 jaar bereikt.

Wijziging van de statuten

De statuten kunnen door de Buitengewone Algemene Vergadering worden gewijzigd conform de bepalingen van het Wetboek van vennootschappen. Elke statutenwijziging behoeft een bijzondere meerderheid van stemmen.

Bevoegdheid van de Raad van Bestuur tot uitgifte of inkoop van aandelen

De Raad van Bestuur is op grond van artikel 44 van de statuten gemachtigd om het maatschappelijk kapitaal in één of meerdere malen te verhogen met een maximum bedrag van € 176 000 000. De duur van deze machtiging bedraagt vijf jaar vanaf 20 juni 2016, doch is door de Algemene Vergadering hernieuwbaar.

In het kader van deze machtiging kan de Raad van Bestuur ook gedurende een periode van drie jaar vanaf 20 juni 2016, in geval van ontvangst door de vennootschap van een mededeling door de FSMA van een openbaar overnamebod, het maatschappelijk kapitaal verhogen voor zover:
  • de daarbij uit te geven aandelen vanaf hun uitgifte volledig zijn volgestort;
  • de uitgifteprijs van deze aandelen niet minder bedraagt dan de prijs van het bod; en
  • het aantal uit te geven aandelen niet meer bedraagt dan 10% van de vóór de kapitaalverhoging uitgegeven aandelen die het kapitaal vertegenwoordigen.
Ook deze machtiging is hernieuwbaar door de Algemene Vergadering.

Verder is de Raad van Bestuur krachtens artikel 12 van de statuten gemachtigd om maximum het aantal aandelen te verkrijgen waarvan de gezamenlijke fractiewaarde niet hoger is dan 20% van het geplaatste kapitaal, gedurende een periode van vijf jaar vanaf 20 juni 2016 (die door de Algemene Vergadering kan worden hernieuwd), tegen een prijs die ligt tussen één euro als minimumwaarde en 30% boven het rekenkundig gemiddelde van de slotkoers van het Bekaert aandeel gedurende de laatste 30 beursdagen vóór het besluit van de Raad van Bestuur tot verkrijging als maximumwaarde. De Raad van Bestuur is gemachtigd om alle of een gedeelte van de ingekochte aandelen gedurende die periode van vijf jaar te vernietigen.

De Raad van Bestuur is tevens gemachtigd om eigen aandelen te verkrijgen wanneer dit noodzakelijk is ter voorkoming van een dreigend ernstig nadeel voor de vennootschap, zoals een openbaar overnamebod. Deze machtiging is toegekend voor een periode van drie jaar vanaf 24 april 2015, doch kan door de Algemene Vergadering verlengd worden.

Artikelen 12bis en 12ter van de statuten bevatten regels voor de vervreemding van ingekochte aandelen en voor de verwerving en vervreemding van aandelen door dochtervennootschappen.

De bevoegdheden van de Raad van Bestuur zijn in detail beschreven in de toepasselijke wettelijke bepalingen terzake, de statuten en het Bekaert Charter.

Wijziging van controle

De vennootschap is partij bij een aantal belangrijke overeenkomsten die in werking treden, wijzigingen ondergaan of aflopen in geval van een wijziging van controle over de vennootschap, al dan niet na een openbaar overnamebod. In de mate waarin op grond van deze overeenkomsten aan derden rechten worden toegekend die een invloed hebben op het vermogen van de vennootschap, dan wel een schuld of een verplichting te haren laste doen ontstaan, werden deze rechten, conform artikel 556 van het Wetboek van vennootschappen, goedgekeurd door de Bijzondere Algemene Vergaderingen van 13 april 2006, 16 april 2008, 15 april 2009, 14 april 2010 en 7 april 2011 en door de Gewone Algemene Vergaderingen van 9 mei 2012, 8 mei 2013, 14 mei 2014, 13 mei 2015, 11 mei 2016 en 10 mei 2017; de notulen van die vergaderingen werden op 14 april 2006, 18 april 2008, 17 april 2009, 16 april 2010, 15 april 2011, 30 mei 2012, 23 mei 2013, 20 juni 2014, 19 mei 2015, 18 mei 2016 en 2 juni 2017 ter griffie van de Rechtbank van Koophandel te Gent, afdeling Kortrijk neergelegd en zijn beschikbaar op www.bekaert.com.

Het betreft in hoofdzaak jointventureovereenkomsten (die de relaties tussen partijen in het kader van een gemeenschappelijke dochtervennootschap omschrijven), overeenkomsten waarbij door financiële instellingen of particuliere investeerders geldmiddelen ter beschikking van de vennootschap of van een van haar dochtervennootschappen worden gesteld, en overeenkomsten tot levering van goederen of diensten door of aan de vennootschap. Elk van deze overeenkomsten bevat clausules die, ingeval van wijziging van de controle van de vennootschap, de wederpartij in bepaalde gevallen en onder bepaalde voorwaarden het recht verlenen om de overeenkomst vervroegd te beëindigen, en in het geval van een financiële overeenkomst tevens de vervroegde terugbetaling van de ter beschikking gestelde geldmiddelen te eisen. In het geval van jointventureovereenkomsten wordt voorzien dat, ingeval van controlewijziging van de vennootschap, de wederpartij de participatie van de vennootschap in de joint venture kan verwerven (met uitzondering van de Chinese vennootschappen, waarbij partijen in overleg dienen te bepalen of een partij de joint venture alleen voortzet, waarna deze de participatie van de andere partij dient te kopen), waarbij de waarde tegen dewelke de participatie alsdan is over te dragen wordt bepaald in functie van contractuele formules die beogen een overdracht tegen een arm's length prijs te verzekeren.

Overige elementen
  • De vennootschap heeft geen effecten uitgegeven waaraan bijzondere zeggenschapsrechten verbonden zijn.
  • De zeggenschapsrechten verbonden aan de door de werknemers ingevolge de langetermijnincentiveplannen te verwerven aandelen worden rechtstreeks door de betrokken werknemers uitgeoefend.
  • Tussen de vennootschap en haar bestuurders of werknemers werden geen overeenkomsten gesloten die in vergoedingen voorzien wanneer, naar aanleiding van een openbaar overnamebod, de bestuurders ontslag nemen of zonder geldige reden moeten afvloeien of de tewerkstelling van de werknemers beëindigd wordt.
 

 

Interne controle- en risicobeheerssystemen in verband met de voorbereiding van de geconsolideerde jaarrekening

De volgende beschrijving van Bekaerts interne controle en risicobeheerssystemen is gebaseerd op de "Internal Control Integrated Framework" (1992) en de "Enterprise Risk Management Framework" (2004), gepubliceerd door het "Committee of Sponsoring Organizations of the Treadway Commission" (COSO).

Controleomgeving

De organisatie van de diensten boekhouding en controle bestaat uit drie niveaus: (i) het boekhoudkundige team in de verschillende juridische entiteiten of gezamenlijke dienstencentra, verantwoordelijk voor de voorbereiding en de rapportering van de financiële informatie, (ii) de controllers op de verschillende niveaus in de organisatie (zoals fabriek en regio), verantwoordelijk voor o.a. het nazicht van de financiële informatie in hun verantwoordelijkheidsdomein, en (iii) de dienst Groepscontrole, verantwoordelijk voor het finale nazicht van de financiële informatie van de verschillende juridische entiteiten en voor de voorbereiding van de geconsolideerde jaarrekening.

Naast bovengemelde gestructureerde controles voert het interne audit departement een risico-gebaseerd programma uit om de doeltreffendheid van de interne controle in de verschillende processen op het niveau van de juridische entiteiten te valideren en een betrouwbare financiële rapportering te verzekeren. De geconsolideerde jaarrekening van Bekaert is opgemaakt in overeenstemming met de "International Financial Reporting Standards" (IFRS), onderschreven door de Europese Unie. Die jaarrekening is eveneens conform de IFRS uitgegeven door de "International Accounting Standards Board". Alle IFRS-boekhoudnormen, richtlijnen en interpretaties, toe te passen door alle jurdische entiteiten, zijn gegroepeerd in het IFRS-handboek, dat beschikbaar is op het Bekaert intranet voor alle werknemers die betrokken zijn bij de financiële rapportering. Dit handboek wordt regelmatig aangepast door Groepscontrole ingeval van relevante wijzigingen in IFRS, of interpretaties ervan, en de gebruikers worden van elke dergelijke wijziging op de hoogte gebracht. IFRS-opleidingen vinden plaats in de verschillende regio’s wanneer dit noodzakelijk of geschikt geacht wordt. 

De overgrote meerderheid van de vennootschappen van de Groep gebruikt Bekaerts globale "enterprise resource planning" (ERP) systeem, en de boekhoudkundige transacties worden ingeboekt in een uniform rekeningenstelsel, waarbij boekhoudkundige handboeken de standaardmanier van boeking voor de meest relevante transacties beschrijven. Deze boekhoudkundige handboeken worden aan de gebruikers toegelicht tijdens opleidingssessies en zijn beschikbaar op het Bekaert intranet.

De in 2016 overgenomen vennootschappen van de Bridongroep gebruiken andere systemen die momenteel gealigneerd worden en naar manier van werken in overeenstemming worden gebracht met de bestaande Bekaertpraktijken.

Alle vennootschappen van de Groep gebruiken dezelfde software om de financiële gegevens te rapporteren voor consolidatie en externe rapporteringsdoeleinden. Een rapporteringhandboek is beschikbaar op het Bekaert intranet en opleidingen vinden plaats wanneer dit noodzakelijk of geschikt geacht wordt.

Risicobeheer

Er worden geschikte maatregelen genomen om een tijdige en kwalitatieve rapportering te garanderen en om de potentiële risico’s die gerelateerd zijn aan het financiële rapporteringsproces te beperken, met inbegrip van: (i) goede coördinatie tussen de diensten Groepscommunicatie en Groepscontrole, (ii) zorgvuldige planning van alle activiteiten, met inbegrip van verantwoordelijken en timings, (iii) richtlijnen verdeeld door Groepscontrole naar de verantwoordelijken vóór de kwartaalrapportering, met inbegrip van relevante aandachtspunten, en (iv) opvolging en terugkoppeling van de stiptheid, kwaliteit en aandachtspunten om te streven naar continue verbetering.

Een kwartaalevaluatie vindt plaats over de financiële resultaten, bevindingen door het interne audit departement, en andere belangrijke controlegebeurtenissen, en de resultaten worden besproken met de commissaris. 

Materiële wijzigingen in de IFRS-boekhoudnormen worden gecoördineerd door Groepscontrole, nagezien door de commissaris, gerapporteerd aan het Audit en Finance Comité, en geacteerd door de Raad van Bestuur van de vennootschap. Materiële wijzigingen in de statutaire boekhoudnormen van een vennootschap van de Groep worden goedgekeurd door diens Raad van Bestuur.
 
Controleactiviteiten

De correcte toepassing door de juridische entiteiten van de boekhoudnormen beschreven in het IFRS-handboek, alsmede de juistheid, de consistentie en de volledigheid van de gerapporteerde informatie, worden op een permanente basis nagezien door de controleorganisatie (zoals boven beschreven). Bovendien worden alle relevante entiteiten op periodieke basis gecontroleerd door het interne audit departement. Voor de meest belangrijke onderliggende processen (verkoop, aankoop, investeringen, thesaurie, enz.) bestaan er richtlijnen en procedures die onderhevig zijn aan (i) een evaluatie door de respectieve managementteams middels een zelfbeoordelingstool, en (ii) controle door het interne audit departement op een roterende basis. In het ERP-systeem wordt nauw toezicht gehouden op mogelijke conflicten met betrekking tot scheiding van verantwoordelijkheden.

Informatie en communicatie

Bekaert heeft in de meeste groepsvennootschappen een globaal ERP-systeemplatform ingevoerd om de efficiënte verwerking van transacties te ondersteunen en het management te voorzien van transparante en betrouwbare informatie om de operationele activiteiten te beheren, te controleren en te sturen.  

De verstrekking van diensten van informatietechnologie om deze systemen te laten lopen, te onderhouden en te ontwikkelen, wordt in grote mate uitbesteed aan professionele toeleveranciers van IT-diensten die gestuurd en gecontroleerd worden door geëigende IT-controlestructuren en waarvan de kwaliteit bewaakt wordt door uitgebreide dienstverleningscontracten.

Samen met haar IT-toeleveranciers heeft Bekaert adequate managementprocessen geïmplementeerd om te verzekeren dat geschikte maatregelen op dagelijkse basis getroffen worden om de prestaties, de beschikbaarheid en de integriteit van haar IT-systemen te behouden. Op regelmatige ogenblikken wordt de geschiktheid van deze procedures nagetrokken en geauditeerd en waar nodig verder geoptimaliseerd.

Een gepaste toewijzing van verantwoordelijkheden, en coördinatie tussen de betrokken afdelingen, verzekeren een efficiënt en stipt communicatieproces van periodieke financiële informatie naar de markt  Voor het eerste en het derde kwartaal wordt een trading update gepubliceerd, terwijl alle relevante financiële informatie op halfjaarlijkse en op jaarlijkse basis wordt bekendgemaakt. Vóór de externe rapportering wordt de verkoops- en financiële informatie onderworpen aan (i) de gepaste controles door de bovengenoemde controleorganisatie, (ii) nazicht door het Audit en Finance Comité, en (iii) goedkeuring door de Raad van Bestuur van de vennootschap.
 
Sturing

Elke beduidende wijziging in de door Bekaert toegepaste IFRS-boekhoudnormen wordt onderworpen aan nazicht door het Audit en Finance Comité en door de Raad van Bestuur van de vennootschap, met inbegrip van het eerste gebruik van IFRS in 2000.

De leden van de Raad van Bestuur worden op periodieke basis op de hoogte gehouden van de evolutie en belangrijke wijzigingen in de onderliggende IFRS-standaarden. Alle relevante financiële informatie wordt toegelicht aan het Audit en Finance Comité en de Raad van Bestuur om hen in staat te stellen de jaarrekening te analyseren. Alle gerelateerde persberichten worden goedgekeurd vóór hun verspreiding naar de markt.

Relevante bevindingen van het interne audit departement en/of de commissaris in verband met de toepassing van de boekhoudnormen, de geschiktheid van de richtlijnen en procedures, en de scheiding van verantwoordelijkheden, worden gerapporteerd aan het Audit en Finance Comité.

Er wordt ook een periodieke thesaurie-update voorgelegd aan het Audit en Finance Comité.

Er bestaat een procedure om het relevante bestuursorgaan van de vennootschap op korte termijn bijeen te roepen wanneer de omstandigheden dit dicteren.
 

Algemene interne controle en ERM

De Raad van Bestuur en het BGE hebben de Bekaert Gedragscode goedgekeurd, die voor het eerst uitgegeven werd op 1 december 2004. De laatste aanpassing gebeurde in november 2017. De Gedragscode bepaalt de Bekaert missie en waarden, evenals de basisprincipes van het zakendoen door Bekaert. Naleving van de Gedragscode is verplicht voor alle groepsvennootschappen. De Gedragscode maakt als Appendix 3 deel uit van het Bekaert Charter en is beschikbaar op www.bekaert.com.

Meer gedetailleerde procedures en richtlijnen worden opgemaakt indien nodig om de consistente toepassing van de Gedragscode doorheen de Groep te verzekeren.

Bekaerts interne controlemodel bestaat uit een aantal groepsprocedures voor de belangrijkste bedrijfsprocessen die wereldwijd toegepast worden. Bekaert heeft diverse middelen ter beschikking om de effectiviteit en de efficiëntie van het ontwerp en de werking van het interne controlemodel constant te bewaken.

Voor alle nieuwe medewerkers wordt een verplichte opleiding over interne controle georganiseerd, en er is een zelfbeoordelingstool in gebruik aan de hand waarvan de managementteams zichzelf kunnen evalueren omtrent de stand van zaken van de interne controle. Het interne audit departement bewaakt de interne controlesituatie op basis van het globale model en rapporteert op elke vergadering van het Audit en Finance Comité.

Het BGE evalueert regelmatig de exposure van de Groep aan risico’s, de potentiële financiële impact daarvan, en de acties die vereist zijn om de exposure op te volgen en te beheersen.

Op verzoek van de Raad van Bestuur en het Audit en Finance Comité heeft het management een globaal "enterprise risk management" (ERM) kader ontwikkeld om de Groep op een expliciete manier bij te staan bij het beheersen van onzekerheid in Bekaerts waardecreatieproces. Het kader bestaat uit de identificatie, de evaluatie en de prioritering van de voornaamste risico’s waarmee Bekaert wordt geconfronteerd, en uit de permanente rapportering en opvolging van die voornaamste risico’s (met inbegrip van de ontwikkeling en de implementatie van risicobeheersingsplannen).

De risico’s worden in vijf categorieën geïdentificeerd: strategische, operationele, juridische, financiële en landenrisico’s. De geïdentificeerde risico’s worden op twee assen ondergebracht: waarschijnlijkheid, en impact of gevolgen. De evolutie van de risicogevoeligheid (afname, toename, stabiel) wordt eveneens gemeten teneinde de doeltreffendheid van de ondernomen acties en de potentiële wijzigingen in de risicocontext in aanmerking te nemen.
 
Bekaerts ERM-verslag over 2017 bevat o.a. de volgende potentiële risico’s:
  • de algemene druk op de winstgevendheid;
  • politieke, economische of sociale instabiliteit in opkomende landen (bv. Venezuela, Rusland);
  • een globaliserende concurrentie;
  • de concentratie van activa en winst (bv. in één stad);
  • het intellectuele eigendomsrisico (een algemeen en permanent risico);
  • het risico van niet-naleving van lokale rechtsregels en van de Bekaert normen;
  • de volatiliteit van de walsdraadprijs en de afhankelijkheid van leveranciers;
  • de evolutie van de milieureglementering;
  • de kredietwaardigheid van klanten; en 
  • het risico van ontregeling van het banksysteem in specifieke landen.